Thema

WCL Winterswijk

Natuur en Landschap

De Winterswijkse natuur en het landschap worden hoog gewaardeerd door WCL Winterswijk. De hoogveengebieden, de natuurlijke beken met de beekbegeleidende bossen en de oude boslocaties zijn niet alleen in Winterswijk, maar ook nationaal en internationaal gezien belangrijke en unieke natuurgebieden. Mede daardoor zijn in Winterswijk vier Natura 2000-gebieden aangewezen.

Het Achterhoekse coulisselandschap is in Winterswijk nog grotendeels intact: met de bolle essen, vele houtwallen, slingerende beken en akkers en weilanden die worden afgewisseld met bossen en resten van heide- en veengebieden. Niet voor niets is Winterswijk een Nationaal Landschap. De natuurwaarden zijn de afgelopen decennia met name in het agrarisch cultuurlandschap wel sterk achteruitgegaan door verdroging en intensivering van de landbouw.

Meer weten?

Wil je meer weten over dit onderwerp van WCL Winterswijk? Neem contact met ons op en we vertellen je graag meer!

Updates in natuur en landschap

Behoud, herstel en ontwikkeling

WCL richt zich voor natuur en landschap op behoud, herstel en ontwikkeling van landschapsstructuren buiten de natuurgebieden. Het behoud van de herkenbaarheid van de verschillende landschapstypen staat daarbij voorop. Kenmerkende landschapsstructuren zijn in Winterswijk bijvoorbeeld houtwallen, houtsingels, steile esranden, bosjes en poelen. Ook de vele oude boerenerven behoren hiertoe. 

In gebieden die al een goede landschappelijke kwaliteit hebben of waar de ruimtelijke kwaliteit versterkt kan worden, wordt ingezet op behoud en herstel. Gebieden waar een kwaliteitsimpuls nodig is, vooral de dorpsranden en gebieden waar versterking van de natuur wenselijk is, komen in aanmerking voor ontwikkeling. Ook is droogtebestrijding een belangrijk aandachtspunt. Door in te zetten op een meer natuurlijk watersysteem wordt meer water vastgehouden in het gebied en neemt de sponswerking van de bodem toe.

Bijzonder Nationaal Landschap

Naast de versterking van het landschap zet WCL zich in voor behoud, herstel en ontwikkeling van de biodiversiteit, vooral buiten de natuurgebieden. ‘Gewone’ soorten planten en dieren moeten gewoon blijven; de leefgebieden van de vele karakteristieke soorten die dreigen te verdwijnen uit het kleinschalige agrarische cultuurlandschap hebben daarbij speciale aandacht. Denk bijvoorbeeld aan soorten als het grasklokje, de blauwe knoop, de grauwe klauwier en het geelsprietdikkopje. 

Waterschap en gemeente kunnen hieraan bijdragen door watergangen en bermen meer natuurgericht te beheren. Boeren kunnen door meer natuurinclusief te boeren de biodiversiteit bevorderen. Ook landgoedeigenaren en buitenlui kunnen door aanpassingen in het beheer bijdragen aan het herstel van de biodiversiteit.